SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Produodopa 240 mg/ml + 12 mg/ml oplossing voor infusie
2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
1 ml bevat 240 mg foslevodopa en 12 mg foscarbidopa.
10 ml bevat 2400 mg foslevodopa en 120 mg foscarbidopa.
Foslevodopa en foscarbidopa zijn prodrugs overeenkomend met ongeveer 170 mg levodopa en 9 mg carbidopa per 1 ml.
Hulpstof(fen) met bekend effect
Produodopa bevat ongeveer 1,84 mmol (42,4 mg) natrium per ml.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3. FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor infusie (infusie).
Produodopa is een heldere tot licht opaalachtige oplossing in een glazen injectieflacon. De oplossing moet vrij zijn van deeltjes. Produodopa kan variëren van kleurloos tot geel tot bruin en kan een paarse of rode tint hebben. Kleurvariaties zijn te verwachten en hebben geen invloed op de productkwaliteit. De oplossing kan donkerder worden na het doorprikken van de stop van de injectieflacon of wanneer het zich in de spuit bevindt.
De pH is ongeveer 7,4. Osmolaliteit is ongeveer 2200 tot 2500 mOsmol/kg, maar kan oplopen tot 2700 mOsmol/kg.
4. KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Behandeling van gevorderde levodopa-responsieve ziekte van Parkinson met ernstige motorische fluctuaties en hyperkinesie of dyskinesie wanneer andere beschikbare combinaties van geneesmiddelen tegen de ziekte van Parkinson geen bevredigend resultaat gegeven hebben.
4.2 Dosering en wijze van toediening
Dosering
Produodopa wordt toegediend als een continue subcutane infusie, 24 uur per dag.
De aanbevolen startsnelheid van de infusie met Produodopa wordt bepaald door het omrekenen van de levodopa-inname overdag naar levodopa‑equivalenten (LE) en deze vervolgens te verhogen om rekening te houden met 24‑uurstoediening (zie Aanvang van de behandeling). De dosis mag worden aangepast om een klinische respons te bereiken die de functionele ‘On’‑tijd maximaliseert, en het aantal en de duur van ‘Off’‑episodes en ‘On’‑episodes met beperkende dyskinesie minimaliseert. De maximaal aanbevolen dagelijkse dosis foslevodopa is 6000 mg (of 25 ml Produodopa per dag, overeenkomend met ongeveer 4260 mg levodopa per dag).
Produodopa vervangt geneesmiddelen die levodopa bevatten en catechol‑O‑methyltransferase (COMT)-remmers. Indien nodig, kunnen gelijktijdig andere klassen geneesmiddelen tegen de ziekte van Parkinson worden gebruikt.
Aanvang van de behandeling
Patiënten die zijn geselecteerd voor behandeling met Produodopa moeten in staat zijn om het toedieningssysteem zelf of met hulp van een zorgverlener te begrijpen en te gebruiken.
Patiënten moeten, voordat de behandeling met Produodopa wordt gestart en zo nodig daarna, worden getraind in het juiste gebruik van Produodopa en het toedieningssysteem (zie Wijze van toediening).
Er zijn drie stappen nodig om de behandeling met Produodopa te starten.
- Stap 1: bereken de LE op basis van de levodopa bevattende geneesmiddelen die worden gebruikt gedurende de tijd dat de patiënt wakker is.
- Stap 2: bepaal de infusiesnelheid per uur van Produodopa.
- Stap 3: bepaal het volume van de laaddosis.
Stap 1: bereken de LE op basis van de levodopa bevattende geneesmiddelen die worden gebruikt
gedurende de tijd dat de patiënt wakker is .
De hoeveelheid levodopa van alle levodopa bevattende preparaten die worden gebruik gedurende de tijd dat de patiënt wakker is (meestal 16 uur/dag) moet worden omgerekend naar LE met de juiste vermenigvuldigingsfactor uit tabel 1 en vervolgens worden opgeteld. Gebruik voor deze berekening alleen levodopa en COMT‑remmers. Neem in deze berekening geen noodmedicatie met levodopa of andere geneesmiddelen of behandelingen tegen Parkinson op, noch geneesmiddelen die buiten de tijd dat de patiënt wakker is worden ingenomen (bijv. nachtdosering). Als binnen een periode van 24 uur COMT‑remmers worden ingenomen, moet, onafhankelijk van de dosering van de COMT‑remmer, een correctiefactor worden toegepast op de som van de LE, zoals weergegeven in tabel 1.
Tabel 1. De levodopa-equivalenten (LE) berekenen
Levodopapreparaat | Vermenigvuldigingsfactor dosis |
Directe afgifte, waaronder enterale suspensie | 1 |
Vertraagde afgifte, gereguleerde afgifte of verlengde afgiftea | 0,75 |
Als een COMT‑remmer wordt gebruikt,vermenigvuldig de som van de hierboven berekende LE dan met1,33a | |
a Levodopa in gecombineerde preparaten met LD/CD/COMT‑remmers telt als directe afgifte en moet worden opgeteld bij de LE van alle andere levodopa-bronnen voordat de som wordt vermenigvuldigd met de correctiefactor voor COMT‑remmers (d.w.z. pas de COMT‑correctiefactor niet toe op enkelvoudige LE). |
Stap 2: bepaal de infusiesnelheid per uur van Produodopa.
Raadpleeg tabel 2 voor voorgestelde startsnelheden voor infusie met Produodopa op basis van de LE die in stap 1 is berekend.
De infusiesnelheid per uur voor Produodopa in tabel 2 is gebaseerd op de LE‑inname van een patiënt tijdens een typische tijd dat de patiënt wakker is van 16 uur (LE16).
Als de LE die in stap 1 is bepaald is gebaseerd op een tijd dat de patiënt wakker is van meer of minder dan 16 uur, moet de LE worden omgerekend naar een periode van 16 uur. Neem voor het omrekenen naar een periode van 16 uur de LE die in stap 1 is berekend, deel deze door het aantal uur dat de patiënt meestal wakker is en vermenigvuldig dit getal met 16. Raadpleeg vervolgens tabel 2 voor de voorgestelde startsnelheid voor infusie met Produodopa. Een alternatief is de startsnelheid per uur voor infusie berekenen met de formule die in tabel 2 wordt gegeven, waarbij X het aantal uren is gedurende de tijd dat de patiënt wakker is per dag.
De infusiesnelheid per uur die in deze stap is bepaald, moet worden ingevoerd als de basale infusiesnelheid bij het programmeren van de pomp (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de pomp voor meer informatie).
Tabel 2. Voorgestelde startsnelheid per uur voor infusie met Produodopa
LE16 (LE van alle orale LD bevattende geneesmiddelen die worden ingenomen tijdens een waaktijd van 16 uur (mg)) | Voorgestelde startsnelheid per uur voor infusie met Produodopa (ml/u)a toegediend gedurende 24 uur |
< 400 | 0,15 |
400-499 | 0,15-0,17 |
500-599 | 0,17-0,20 |
600-699 | 0,20-0,24 |
700-799 | 0,24-0,27 |
800-899 | 0,27-0,30 |
900-999 | 0,30-0,34 |
1000-1099 | 0,34-0,37 |
1100-1199 | 0,37-0,40 |
1200-1299 | 0,40-0,44 |
1300-1399 | 0,44-0,47 |
1400-1499 | 0,47-0,51 |
1500-1599 | 0,51-0,54 |
1600-1699 | 0,54-0,57 |
1700-1799 | 0,57-0,61 |
1800-1899 | 0,61-0,64 |
1900-1999 | 0,64-0,68 |
2000-2099 | 0,68-0,71 |
2100-2199 | 0,71-0,74 |
2200-2299 | 0,74-0,78 |
2300-2399 | 0,78-0,81 |
2400-2499 | 0,81-0,84 |
2500-2599 | 0,84-0,88 |
2600-2699 | 0,88-0,91 |
2700-2799 | 0,91-0,94 |
2800-2899 | 0,94-0,98 |
2900-2999 | 0,98-1,01 |
3000-3099 | 1,01-1,04 |
> 3100 | 1,04 |
a De infusiesnelheid per uur kan worden berekend met de volgende formule, waarbij X het aantal uren gedurende de tijd dat de patiënt wakker is dat wordt gebruikt om de LE te bepalen (bijv. X=16 in de tabel hierboven).
|
Stap 3: bepaal het volume van de laaddosis.
Direct voorafgaand aan de start van de infusie per uur kan een laaddosis worden toegediend om snel controle van symptomen te verkrijgen wanneer de behandeling met Produodopa wordt gestart in een ‘off’‑toestand (of wanneer de pomp langer dan 3 uur uitgeschakeld is geweest). Laaddosissen kunnen worden toegediend via de pomp of via orale carbidopa‑levodopa-tabletten met directe afgifte.
In tabel 3 staat het aanbevolen laaddosisvolume (ml) Produodopa dat op de pomp moet worden geprogrammeerd (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de pomp voor meer informatie) en de overeenkomende hoeveelheid levodopa met directe afgifte (mg), onafhankelijk van de perifere DOPA-decarboxylaseremmer (bijv. carbidopa, benserazide) die gelijktijdig wordt toegediend.
Tabel 3. Bepaling van het Produodopa-volume dat wordt aanbevolen voor de laaddosis
Aanbevolen laaddosisvolume (ml) om op de pomp te programmeren | Geschatte overeenkomende hoeveelheid levodopa (mg) |
0,6 | 100 |
0,9-1,2 | 150-200 |
1,5-1,8 | 250-300 |
2,0 | 350 |
0,1 ml Produodopa bevat 24 mg foslevodopa (overeenkomend met ongeveer 17 mg levodopa). De pomp is in staat om een laaddosis toe te dienen die varieert van 0,1 ml tot maximaal 3,0 ml in stappen van 0,1 ml. |
Optimalisatie en onderhoud
De professionele zorgverlener kan de startsnelheid per uur voor infusie zodanig aanpassen dat een optimale klinische respons voor de patiënt wordt bereikt. Het infuus moet continu met de snelheid per uur worden toegediend gedurende de infusieperiode van 24 uur. Als dat wenselijk is kan de professionele zorgverlener 2 alternatieve infusiesnelheden per uur programmeren en inschakelen (laag/hoog). Alle infusiesnelheden kunnen worden aangepast in stappen van 0,01 ml/u (wat overeenkomt met ongeveer 1,7 mg levodopa/uur) en mogen niet hoger zijn dan 1,04 ml/u (of ongeveer 4260 mg levodopa per dag [6000 mg foslevodopa per dag]). De pomp beschikt over beveiligde toegang tot dosisconfiguratie om te voorkomen dat patiënten wijzigingen aanbrengen in hun vooraf geprogrammeerde stroomsnelheden of de functie Extra dosis.
Produodopa kan alleen worden ingenomen of indien nodig met andere gelijktijdige geneesmiddelen voor de ziekte van Parkinson, op basis van het oordeel van de professionele zorgverlener. Tijdens de infusie met Produodopa kan een vermindering van andere gelijktijdige geneesmiddelen voor de ziekte van Parkinson worden overwogen, gevolgd door een aanpassing van de dosis Produodopa. Gelijktijdig gebruik van Produodopa met andere levodopa bevattende geneesmiddelen of geneesmiddelen die het synaptische dopaminegehalte sterk beïnvloeden (zoals COMT‑remmers) is niet onderzocht.
Alternatieve stroomsnelheid
Op de pomp kunnen ook 2 alternatieve infusiesnelheden worden geprogrammeerd die de patiënt kan gebruiken (laag/hoog). De alternatieve infusiesnelheden moeten vooraf worden geprogrammeerd en ingeschakeld door de professionele zorgverlener en kunnen door patiënten worden geselecteerd op basis van veranderingen in de functionele behoefte, bijv. dosis 's nachts verlagen of de dosis verhogen tijdens langdurige intensieve activiteit (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de pomp voor meer informatie).
Extra dosissen
Als deze optie is ingeschakeld door de professionele zorgverlener, kunnen patiënten zelf een extra dosis toedienen voor het beheersen van acute ‘Off’‑symptomen die tijdens continue infusie optreden. Voor het extra dosisvolume kan worden gekozen uit 5 opties (zie tabel 4). De functie Extra dosis is beperkt tot maximaal 1 extra dosis per uur. Als de patiënt 5 of meer extra dosissen gebruikt tijdens de behandelperiode van 24 uur/dag, moet een herziening van de basale infusiesnelheid worden overwogen. De mogelijkheid om deze functie in te schakelen en de minimale tijd die is vereist tussen extra dosissen wordt bepaald door de professionele zorgverlener. Dit kan niet worden aangepast door de patiënt (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de pomp voor meer informatie over het programmeren van de functie Extra dosis).
Tabel 4. Optie Extra dosis voor Produodopa
Volume Produodopa | Levodopa‑equivalenten |
0,10 | 17 |
0,15 | 25,5 |
0,20 | 34 |
0,25 | 42,5 |
0,30 | 51 |
Wijze van toediening
Produodopa wordt subcutaan toegediend, bij voorkeur in de buik. Een gebied met een straal van 5 cm rond de navel moet worden vermeden. Gebruik een aseptische techniek bij het bereiden en toedienen van dit product. De infuusset (canule) mag maximaal 3 dagen blijven zitten wanneer de medicatie continu wordt geïnfundeerd. Wissel ten minste elke 3 dagen van infuusplaats en gebruik dan een nieuwe infuusset. Aanbevolen wordt een nieuwe infuusplaats te kiezen op ten minste 2,5 cm afstand van plaatsen die in de voorgaande 12 dagen zijn gebruikt. Produodopa mag niet worden geïnfundeerd in gebieden die gevoelig, gekneusd of rood zijn of die hard aanvoelen. Voor toediening van Produodopa mag alleen de Vyafuser‑pomp worden gebruikt (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de pomp voor meer informatie) in combinatie met steriele infuusonderdelen voor eenmalig gebruik (spuit, infuusset en injectieflaconadapter) die hiervoor geschikt zijn. Patiënten moeten worden getraind in het juiste gebruik van Produodopa en het toedieningssysteem (pomp, injectieflacon met oplossing, injectieflaconadapter, spuit, infuusset, draagaccessoire, oplaadbare batterij en oplader) vóór de start van de behandeling met Produodopa en zo nodig daarna.
Bij een farmacokinetisch cross‑overonderzoek heeft toediening van Produodopa via de arm en het bovenbeen geleid tot een bijna equivalente blootstelling als bij toediening via de buik (zie rubriek 5.2 Absorptie). De veiligheid en werkzaamheid op de lange termijn van toediening via de arm en het bovenbeen zijn niet beoordeeld.
Het geneesmiddel moet worden bewaard en gehanteerd zoals beschreven in rubriek 6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren. De injectieflacons met geneesmiddel zijn uitsluitend bestemd voor eenmalig gebruik. Nadat de inhoud van een injectieflacon is overgebracht in de spuit, moet de inhoud van de spuit binnen 24 uur worden toegediend. Gebruikte injectieflacons en spuiten met geneesmiddel moeten worden verwijderd overeenkomstig lokale voorschriften. Spuiten moeten worden verwijderd, zelfs als ze overgebleven product bevatten, volgens de instructies van de professionele zorgverlener (zie rubriek 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen).
Onderbreken van behandeling
Plotselinge onderbreking of snelle dosisverlaging van Produodopa, zonder toediening van alternatieve dopaminerge behandeling, moet over het algemeen worden vermeden (zie rubriek 4.4).
Produodopa kan voor korte perioden worden onderbroken zonder verdere maatregelen, bijvoorbeeld wanneer de patiënt een douche neemt. Bij onderbrekingen langer dan 1 uur moet een nieuwe infuusset (slang en canule) worden gebruikt en van infuusplaats worden gewisseld. Als de infusie langer dan 3 uur is onderbroken, kan de patiënt ook zelf een laaddosis toedienen, als deze optie is ingeschakeld door de professionele zorgverlener, om snel de symptomen weer onder controle te krijgen.
Als behandeling met Produodopa langdurig (> 24 uur) is onderbroken of permanent is beëindigd, moet de professionele zorgverlener bepalen welke alternatieve dopaminerge behandeling geschikt is (bijv. orale levodopa/carbidopa). Behandeling met Produodopa kan op elk moment worden hervat, waarbij dezelfde instructies moeten worden gevolgd als voor het starten van Produodopa (zie rubriek 4.2 Aanvang van de behandeling).
Speciale patiëntengroepen
De farmacokinetiek van Produodopa is niet beoordeeld bij speciale patiëntengroepen. Produodopa wordt gebruikt bij patiënten met de ziekte van Parkinson die al een stabiele dosis orale levodopa gebruiken. Verschillen in blootstelling worden niet als klinisch significant beschouwd omdat Produodopa is geoptimaliseerd wanneer patiënten met de behandeling starten. Covariate effecten hebben daarom naar verwachting geen invloed op de klinische werkzaamheid of veiligheid. Zie rubriek 5.2 voor meer informatie over de farmacokinetiek van levodopa en carbidopa in speciale patiëntengroepen.
4.3 Contra‑indicaties
Voor Produodopa geldt een contra-indicatie bij patiënten met:
- overgevoeligheid voor de werkzame stoffen of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
- nauwe-kamerhoekglaucoom
- ernstig hartfalen
- acute beroerte
- ernstige hartaritmie
- niet-selectieve MAO-remmers en selectieve MAO type A‑remmers zijn gecontra‑indiceerd voor gebruik in combinatie met Produodopa. Met deze remmers moet minstens twee weken vóór de behandeling met Produodopa worden gestopt. Produodopa mag gelijktijdig worden toegediend met een MAO‑remmer die selectief is voor MAO type B (bv selegiline HCl) volgens de dosering aanbevolen door de fabrikant (zie rubriek 4.5).
- omstandigheden waarin geneesmiddelen met adrenerge werking gecontra-indiceerd zijn, bijvoorbeeld feochromocytoom, hyperthyroïdie en syndroom van Cushing.
Omdat levodopa maligne melanoom kan activeren, mag Produodopa niet worden gebruikt bij patiënten met verdachte, ongediagnosticeerde huidlaesies of een voorgeschiedenis van melanoom.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De vaakst voorkomende bijwerkingen (≥ 10%) die in alle fase 3‑onderzoeken zijn gemeld bij patiënten die werden blootgesteld aan Produodopa, waren voorvallen op de infuusplaats (infuusplaatserytheem, cellulitis op de infuusplaats, nodule op de infuusplaats, pijn op de infuusplaats, oedeem op de infuusplaats, reactie op de infuusplaats en infectie van de infuusplaats), hallucinatie, vallen en angst.
Lijst van bijwerkingen in tabelvorm
Bijwerkingen die in alle fase 3‑onderzoeken zijn gemeld bij patiënten die werden blootgesteld aan Produodopa (379 patiënten met een blootstelling van in totaal 414,3 persoonjaren, 230 proefpersonen blootgesteld gedurende ≥ 6 maanden, 204 proefpersonen blootgesteld gedurende ≥ 12 maanden) of gegevens over Duodopa intestinale gel op basis van frequentie van optreden tijdens de behandeling, onafhankelijk van toegewezen causaliteit worden weergegeven in tabel 5 volgens de MedDRA-systeem/orgaanklassen. De frequenties van bijwerkingen worden als volgt gedefinieerd: zeer vaak (≥1/10), vaak (≥1/100, <1/10), soms (≥1/1.000, <1/100), zelden (≥1/10.000, <1/1.000) of zeer zelden (<1/10.000).
Tabel 5. Lijst van bijwerkingen
Systeem/orgaanklasse | Frequentie | Bijwerkingen |
Infecties en parasitaire aandoeningen | Zeer vaak | Cellulitis op de infuusplaats |
Vaaka | Abces op de infuusplaats | |
Bloed- en lymfestelselaandoeningen | Vaak | Anemieb |
Soms | Leukopenieb | |
Immuunsysteemaandoeningen | Niet bekend | Anafylactische reactieb,e |
Voedings- en stofwisselingsstoornissen | Vaak | Verminderde eetlust |
Psychische stoornissen | Zeer vaak | Angst |
Vaak | Abnormale dromenb | |
Soms | Geslaagde zelfmoordb | |
Zelden | Abnormaal denkenb | |
Zenuwstelselaandoeningen |
|
|
Vaak | Cognitieve aandoening | |
Soms | Ataxieb | |
Oogaandoeningen | Soms | Gesloten-kamerhoekglaucoomb |
Hartaandoeningen | Vaak | Onregelmatige hartslagb |
Soms | Hartkloppingen | |
Bloedvataandoeningen | Vaak | Hypertensie |
Soms | Flebitisb | |
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen | Vaak | Dyspneu |
Soms | Dysfonieb | |
Zelden | Afwijkende ademhalingb | |
Maagdarmstelselaandoeningen | Vaak | Opgezette buikb |
Soms | Speekselvloedb | |
Zelden | Bruxismeb | |
Huid- en onderhuidaandoeningen | Vaak | Contactdermatitisb |
Soms | Alopeciab | |
Zelden | Zweetverkleuringb | |
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen | Vaak | Spierspasmen |
Nier- en urinewegaandoeningen | Vaak | Urine-incontinentie |
Soms | Chromaturieb | |
Zelden | Priapismeb | |
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen | Zeer vaak | Infuusplaatserytheem |
Vaaka | Asthenie | |
Soms | Pijn op de borstb | |
Onderzoeken | Vaak | Aminozuurspiegel verhoogd (methylmalonzuur verhoogd)b |
Letsels, intoxicaties en verrichtingscomplicaties | Zeer vaak | Vallen |
a Vaak voorkomende bijwerkingen behorend tot voorvallen op de infuusplaats zijn geïncludeerd indien ≥ 2%. |
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Voorvallen op de infuusplaats
In de fase 3‑onderzoeken waren de meest voorkomende bijwerkingen van Produodopa infuusplaatsreacties 77,6% (N=294) en infecties van de infuusplaats 41,4% (N=157). Voorvallen op de infuusplaats waaronder infuusplaatsreacties en -infecties, die vaak voorkomen bij subcutane infusies, werden waargenomen in de klinische onderzoeken met Produodopa. De meerderheid van de voorvallen op de infuusplaats was niet ernstig, was licht of matig qua ernst en verdween spontaan of na behandeling, zoals antibiotica en/of incisie en drainage. Drie proefpersonen met infecties van de infuusplaats hadden sepsis als complicatie waarvoor ziekenhuisopname nodig was. Controleer op huidveranderingen op de infuusplaats die kunnen wijzen op een mogelijke infectie, zoals roodheid in combinatie met warmte, zwelling, pijn en verkleuring wanneer er druk op uit wordt geoefend. Bij het gebruik van dit geneesmiddel moeten aseptische technieken worden toegepast. Overweeg daarnaast om vaker dan om de 3 dagen van infuusplaats te wisselen, in combinatie met gebruik van een nieuwe infuusset, wanneer u deze veranderingen waarneemt. Aanbevolen wordt een nieuwe infuusplaats te kiezen op ten minste 2,5 cm afstand van plaatsen die in de voorgaande 12 dagen zijn gebruikt.
Laboratoriumwaarden: De volgende laboratoriumabnormaliteiten werden vastgesteld met levodopa/carbidopabehandeling en moeten daardoor erkend worden tijdens de behandeling van patiënten met Produodopa: verhoogd gehalte ureum-stikstof, alkalische fosfatase, S-ASAT, S-ALAT, LDH, bilirubine, bloedsuiker, creatinine, urinezuur en positieve Coomb’s test, en verminderde hemoglobine- en hematocrietwaarden. Leukocyten, bacteriën en bloed in de urine werden gemeld. Levodopa/carbidopa, en dus Produodopa, kan een vals-positieve reactie op de bepaling van ketonurie met een teststrip veroorzaken; deze reactie wordt niet gewijzigd door het koken van het urinemonster. Het gebruik van glucose-oxidasemethoden kan vals-negatieve resultaten voor glucosurie geven.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem:
België
Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten
Afdeling Vigilantie
Postbus 97
B-1000 BRUSSEL Madou
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Abbvie S.A
Avenue Einstein 14
1300 Wavre
België
8. NUMMER(S)VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
BE660571
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Datum van goedkeuring: 08/2025
PRIJZEN
CNK code | Verpakking | ATC5 code | Prijs | Af-fabriek prijs | Voorschriftplichtig | Remgeld reguliere tegemoetkoming | Remgeld verhoogde tegemoetkoming |
---|---|---|---|---|---|---|---|
4654141 | Produodopa 240 mg/ml + 12 mg/ml oplossing voor infusie | - | € 691 | Ja | - | - |